Greek Mythology >> Nymphs >> Oreads >> Echo (Ekho)
Greek Name
Εχω
Transliteration
Ekhô
Latin Spelling
Echo
Translation
Echo (ekhô)
EKHO (Echo) was een Oreiade-nimf van de berg Kithairon (Cithaeron) in Boiotia. De godin Hera vervloekte haar met slechts een echo voor een stem als straf voor het afleiden van haar van de zaken van Zeus met haar eindeloze gebabbel. Ze werd geliefd door de god Pan, en zelf werd verliefd op de jongen Narkissos (Narcissus). Toen de jeugd haar avances versmaadde verspilde ze weg, niets achterlatend dan een echo stem.in het oude Griekse vaasschilderij werd Ekho afgebeeld als een gevleugelde nimf met haar gezicht gehuld in een sluier.,
familie van ECHO
ouders
nergens vermeld
Nakomelingen
IYNX (Suidas s.v. Iynx)
encyclopedie
ECHO (Êchô), een Oreade die, toen Zeus met de nimfen speelde, Hera op afstand hield door onophoudelijk met haar te praten. Op deze manier was Hera niet in staat om haar trouweloze echtgenoot op te sporen, en de nimfen hadden tijd om te ontsnappen., Hera ontdekte echter de misleiding, en ze strafte Echo door haar te veranderen in een echo, dat wil zeggen, een wezen zonder controle over zijn tong, die niet in staat is om te spreken voordat iemand anders heeft gesproken, noch om te zwijgen wanneer iemand anders heeft gesproken. Echo in deze staat werd wanhopig verliefd op Narcissus, maar omdat haar liefde niet werd teruggegeven, kwijnde ze weg in verdriet, zodat er uiteindelijk van haar niets anders overbleef dan haar stem. (Ov. Voldoen. iii. 365-401., Er waren in Griekenland bepaalde portieken, de portieken van Echo genaamd, vanwege de echo die daar werd gehoord; zo was er een stoa te Hermione met een drievoudige, en een te Olympia met een zevenvoudige echo. (Paus. ii.35. § 6, v. 21. § 7.)
Source: Dictionary of Greek and Roman Biography and Mythology.
klassieke literatuur citaten
Aristophanes, Thesmophoriazusae 970 (trans. O ‘ Neill) (Griekse komedie C5th to 4th B. C.) :
“Bakkhos (Bacchus) , die het heerlijk vindt om zich te mengen met de dierbare refreinen van de Nymphai Oreiai (Bergnimfen), en die tijdens het dansen met hen de Heilige hymne herhalen, Euios, Euios, Euoi! Ekho (Echo), de nimf van Kithairon (Cithaeron), keert uw woorden terug, die weerklinken onder de donkere gewelven van het dikke gebladerte en in het midden van de rotsen van het bos; De Klimop omringt uw voorhoofd met zijn ranken geladen met bloemen.,”
Aristophanes, Thesmophoriazusae 1020 ff:
” Ekho( Echo), thou who reignest in the intest uitsparingen of the caves.”
Aristophanes, Thesmophoriazusae 1060 ff :
” I am Ekho (Echo), the Nymphe who repeats all she hear.”
Orphic Hymn 11 to Pan (trans. Taylor) (Griekse hymnen C3rd B. C. to 2nd A. D.):
“Thou lovest the chase and Ekho’ s (Echo ‘ s) secret voice.”
Philostratus the Elder, Imagines 2. 11 (trans. Fairbanks) (Grieks retoricus C3rd A. D.):
” Boukoloi Nymphai (bucolische nimfen) hebben Pan gevangen genomen., Om hem een lesje te leren hebben ze hem vastgebonden met touwen en zijn baard afgeschoren en ze zeggen dat ze Ekho (Echo) zullen overtuigen om hem te minachten en zelfs niet langer zijn oproep te beantwoorden.”
Philostratus the Elder, Imagines 2. 17:
” Dogs join men in an outcry, so that you might say that Ekho (Echo) self joins in the revel of the hunt.”
Philostratus the Elder, Imagines 2., 33:
” In It honour is payed to a bronze Ekho (Echo), who I think you see placing her hand on her lips, since a bronze vessel has been recited to Zeus at Dodona, that resonates most of the day and is not stil till someone takes it.”
Callistratus, Descriptions 1 (trans. Fairbanks) (Greek retorician C4th A. D.):
” There was a certain cave near Thebe in Egypt which liked a shepherd ‘ s pipe . . . Daarin werd een afbeelding van een Satyros (Satyr) gewrocht in marmer opgezet . . . . een fluit in zijn hand . . ., Pan stond naast hem, verrukt in de muziek van de fluit en omarmde Ekho (Echo), in angst, neem ik aan, dat de fluit in beweging enige muzikale klank en induceren de nimfe om een echoënde reactie op de Satiro ‘ s te maken.Callistratus, Descriptions 9: Er was in Aithiopia (Ethiopië) een afbeelding van Memnon, de zoon van Tithonos, gemaakt van marmer; hoe steen het ook was, het bleef niet binnen zijn eigen grenzen, noch verdroeg het de stilte opgelegd aan het door de natuur, maar steen hoewel het was het had de kracht van spraak., Want eens groette zij den oprijzende Hemera (dag), door haar stem, die blijk gaf van haar blijdschap en haar vreugde uitdrukte bij de komst van haar moeder; en opnieuw, toen de dag afging naar de nacht, uitte zij medelijden en treurig zuchten van verdriet bij haar vertrek . . . Het verhaal gaat dat Ekho (Echo) antwoordde deze Memnon toen het sprak, het uiten van een treurige noot in reactie op zijn treurige klaagzang en het terugkeren van een nabootsende geluid in reactie op zijn uitingen van vreugde.”
Ptolemaeus Hephaestion, New History Book 6 (summary from Photius, Myriobiblon 190) (trans. Pearse) (Griekse mythograaf C1st tot C2nd A. D.,”a son of Zeus and the Lamia called Akhilleus (Achilles) was of an iristable beauty and like others was the object of a competition , he carried it then to the judgement of Pan. Aphrodite werd geïrriteerd en geplaatst in het hart van Pan de liefde van Ekho (Echo).”
Ovidius, Metamorphoses 3. 350 ff (trans. Melville) (Romeins epos C1ste voor Christus tot C1ste na Christus): “Cephisius had nu zijn zestiende jaar bereikt en leek zowel man als jongen; en vele jongeren en vele meisjes begeerde hem, maar harde trots heerste in dat delicate kader, en nooit een jeugd en nooit een meisje kon raken zijn hooghartige hart., Eens als hij reed naar netten de bange hert een vreemd-stemhebbende nimfe observeerde hem, die moet spreken als een ander spreken en kan niet spreken, tenzij een ander spreken, klinkende Echo., Echo was nog steeds een lichaam, geen stem, maar spraakzaam als nu, en met dezelfde kracht van spreken, alleen om te herhalen, zo goed als ze kon, de laatste van vele woorden, Saturnia had haar zo gemaakt; voor vele tijden toen de grote godin zou hebben gevangen De nimfEn (nimfen) liggend met Jove op de berghelling, Echo discreet hield haar praten totdat de nimfen was gevlucht, en toen eindelijk de godin zag de waarheid, ‘Uw tong,’ zei ze, ‘waarmee je me bedrogen, nu haar kracht zal verliezen, uw stem gebruik maar voor het kortste gebruik.,’De gebeurtenis bevestigde de dreiging: als het spreken eindigt, kan ze alleen maar elk laatste woord verdubbelen en de stem die ze gehoord heeft weer herhalen.toen ze Narcissus zag dwalen in de groene zijwegen, werd Echo ‘ s hart afgevuurd; en heimelijk volgde ze, en hoe meer ze hem volgde, hoe dichter haar liefde vlamde. Hoe wanneer een fakkel wordt ontstoken en van de top de springende zwavel grijpt de aangeboden vlam. Ze verlangde naar hem te komen met het winnen van woorden, aan te dringen zachte alstublieft, maar de natuur nu tegengesteld; ze zou niet de eerste spreken, maar-tarwe ze misschien-wachtte op woorden haar stem weer kon zeggen., Toevallig belde Narcissus, op zoek naar zijn vrienden, iemand hier?’en Echo antwoordde’ Hier!’Verbaasd keek hij rond en, het verhogen van zijn stem riep ‘kom deze kant op! en Echo belde deze kant op!’Hij keek achter en, niemand kwam, riep’ waarom wegrennen?’en hoorde zijn woorden weer. Hij stopte, en bedrogen door de beantwoordende stem, riep ‘ kom hier bij me!’en zij, nooit meer blij om haar antwoord te geven, antwoordde’ Kom bij me hier!’En sierde haar woorden en rende uit het bos om haar verlangende armen om zijn nek te gooien. Hij rende weg en riep: ‘hou je armen bij me vandaan! Ga weg!, Ik sterf voor ik aan jou zwicht.’En alles wat ze antwoordde was’ ik geef toe aan u.beschaamd en afgewezen in het bos verbergt ze zich en heeft haar woning in de eenzame grotten; maar nog steeds haar liefde duurt en groeit op verdriet, en huilen wakes verspillen haar frame weg; haar lichaam verschrompelt, al het vocht droogt; alleen haar stem en botten zijn overgebleven; eindelijk alleen haar stem, haar botten zijn veranderd in steen, dus in het bos verbergt ze en heuvels rond, voor iedereen te horen, levend, maar slechts een geluid.,zo had Narcissus haar bespot; anderen ook, nimfen (nimfen) van Heuvel en Water en vele man die hij bespot; totdat een verachte jongen, met opgeheven handen, bad: ‘zo mag hij liefhebben-en nooit zijn liefde winnen! En Rhamnusia keurde het rechtvaardige gebed goed . . .
houdt niet langer het lichaam waar Echo van hield. Maar zij, hoewel boos nog steeds en onvergetelijk, bedroefd om de ongelukkige jongen, en toen hij kreunde ‘helaas,’ met het beantwoorden van snikken ze kreunde ‘helaas,’ En toen hij sloeg zijn handen op zijn borst, gaf ze weer hetzelfde treurige geluid van Wee. Zijn laatste woorden, staarend en staarend, zuchtte hij ‘ helaas!, De jongen waar ik tevergeefs van hield!’En deze plaats herhaalt zich, en dan ‘vaarwel,’ en Echo zei ‘ vaarwel.’Op het groene gras hing hij zijn vermoeide hoofd, en die heldere ogen die van de schoonheid van hun Meester hielden, sloten zich in de dood . . . Zijn zus Naides (Naiads) jammerde en scheurde hun lokken in rouw voor hun broer; de Dryades (Dryads) ook jammerde en droevige Echo jammerde in het beantwoorden van Wee. En toen waren de zwaaiende fakkels, bier en brandstapel klaar – maar nergens lichaam, en in plaats daarvan vonden ze een bloem-zie, witte bloemblaadjes geclusterd rond een beker van goud!”
Seneca, Troades 107 ff (trans., Miller) (Roman tragedy C1st A. D.): O grief, put forth thy strength. Laat de kusten van Rhoëten weerklinken met onze rouw, en laat Echo, die in de grotten van de bergen woont, niet, naar haar gewoonte, onze laatste woorden alleen herhalen, maar onze volledige rouw voor Troje teruggeven.”
Apuleius, the Golden Ass 5. 25 ff (trans. Walsh) (Roman c2nd A. D.): “De rustieke god Pan toevallig zitten op dat moment op de wenkbrauw van de stroom, holding the mountain godheid Echo in his arms, and teaching her to repeat na him all kinds of songs., In de buurt van de oever waren kindergeiten aan het sporten terwijl ze het riviergebladerte hier en daar begraasden en snoeiden.”
Nonnus, Dionysiaca 6. De zee steeg tot Nereides Oreiades (Oreads) werden op de heuvels boven het bos. Arme stakker. Meid Ekho (Echo) moest zwemmen met ongeoefende handen, en ze voelde een nieuwe angst voor die oude maiden zone-Pan ze was ontsnapt, maar ze zou kunnen worden gevangen door Poseidon!”
Nonnus, Dionysiaca 8. “Some old shepherd made melody with his panspipes, and she heard the tune repeated by countryloving Ekho (Echo) near . . ., vaak op een heuvel weiland zong ze met Pan in gekke stem, en speelde harmonieus Ekho voor hem.”
Nonnus, Dionysiaca 15. “Maiden Ekho (Echo) who hated marriage whimpered at the lot of Hymnos perishing .”
Nonnus, Dionysiaca 39. “De gastheer-assemblage syrinx mengde zijn doordringende tonen, en Pan’ s antwoord Ekho (Echo) kwam uit de zee met vage oorlogszuchtige fluisteringen in plaats van haar rotsachtige stem.”
Nonnus, Dionysiaca 42., “Sing first Daphne, sing the erratic course of Ekho (Echo), and the answering note of the goddess who never faalt to speak, for these two verachted the desire of gods.”
Nonnus, Dionysiaca 45. 174 e. v.: “melodieuze Pan zat naast kuddes geiten of schapenjassen spelen zijn melodie op de geassembleerde riet . . . het imiteren van Ekho (Echo) gaf de geluiden van zijn pijpen terug . . . prattler als ze lippen die waren gewoon om te klinken met de pijp van Pan nooit stil.”
Nonnus, Dionysiaca 48., “I am like lovelorn Pan, when the girl flees me swift as the wind, and wanders, treding the wildernis with boot more agile than Ekho (Echo) never see! Je bent gelukkig, Pan, veel meer dan Bromios, want tijdens je zoektocht heb je een fysieke liefde gevonden in een geestverruimende stem. Ekho volgt uw tonen en geeft ze terug, bewegen van plaats naar plaats, en spreekt een geluid van spreken als uw stem.”
Nonnus, Dionysiaca 48., “Maiden Ekho (Echo) deed niet mee aan de bergdans, maar shamefast verborg zich ongenaakbaar onder de fundamenten van de rots, zodat ze het huwelijk van womanmad Dionysos niet zou aanschouwen.”
Suidas S. V. Haliplanktos (trans. Suda On Line) (Byzantijns Grieks lexicon C10th A. D.):
“Pan . . . is verliefd op Ekho (Echo).”
Suidas S. V. Iynx:
“Iynx: the daughter of Ekho (Echo) or some say Peitho (Persuasion).,”
ANCIENT GREEK & ROMAN ART
T36.1 Nymph Echo
Athenian Red Figure Vase Painting C4th B.C.
Z51.1 Echo & Narcissus
Greco-Roman Daphne Mosaic C3rd A.D.
SOURCES
GREEK
ROMAN
BYZANTINE
- Suidas, The Suda – Byzantine Greek Lexicon C10th A.D.,